Voorwoord

Onze levens spelen zich steeds meer af in de digitale sfeer. We regelen onze bankzaken online, krijgen digitaal toegang tot essentiële overheidsdiensten en ook een groot deel van onze sociale interacties is digitaal. Voor zover er al ooit een echt onderscheid bestond tussen de ‘offline’ en ‘online’ wereld, vervaagt die grens met de dag.

Deze ontwikkelingen zijn spannend en veelbelovend: ons wordt meer efficiëntie beloofd, meer gemak en grotere kostenbesparing. Maar ten koste waarvan? Veel van de technologieën die worden uitgerold functioneren op basis van de verzameling van onze persoonsgegevens. Digitale surveillance door zowel overheden als commerciële partijen lijkt de norm te worden en datasets worden verkocht aan de hoogste bieder. Daarnaast heeft de toenemende digitalisering een negatief effect op grote groepen in onze samenleving. Recente ontwikkelingen laten zien dat surveillance met name ingezet wordt tegen economisch kwetsbare mensen. De designer bias in de ontwikkeling van technologie door een onvoldoende diverse groep ingenieurs, zorgt ervoor dat de scheve machtsverhoudingen in onze maatschappij verder worden versterkt. Dit zijn zorgwekkende ontwikkelingen waar wij met urgentie tegen moeten optreden, voor het te laat is om het tij te keren.

Het komt daarom op het juiste moment dat de Nationale DenkTank de Digitale Samenleving als thema voor dit jaar heeft gekozen. Twintig getalenteerde jonge promovendi en aankomende doctorandi hebben zich de afgelopen maanden gebogen over de belangrijkste vraagstukken van onze digitale toekomst, zoals bedreigingen voor online privacy, technologie en mentale gezondheid, en de achterlopende digitalisering in de zorg. Ook hebben ze een op waarden gebaseerde visie gevormd met concrete aanbevelingen over hoe wij ervoor kunnen zorgen dat onze digitale samenleving gezond, weerbaar, inclusief en eerlijk wordt.

Mijn wens is dat dit rapport zal bijdragen aan een digitale toekomst waarin digitale grondrechten gewaarborgd zijn, voor iedereen. Hierbij doen we er goed aan ons te herinneren dat we een sterk mensenrechtenraamwerk hebben dat de grondslag moet vormen van onze discussies. Het is mijn overtuiging dat voor die discussies dit rapport een goede basis vormt.

Nani Jansen Reventlow,
Directeur Digital Freedom Fund
Universitair docent Columbia Law School
Mensenrechtenadvocaat